Op 1 juli werd in Wilp bij Deventer langs de A1 op feestelijke wijze een demonstratie van de IJsseldalgranen gegeven. Een tiental vooroorlogse landrassen zoals Gelderse risweit (tarwe), Zeeuwse witte tarwe, Limburgse kleine rode tarwe, Sintjansrogge, spelt van Hoosterhof, Overasseltse naakte haver en Aalter troshaver werden in wuivende glorie op de akker getoond. Ze zijn de afgelopen jaren vermeerderd en afkomstig van het Centrum voor Genetische bronnen in Nederland (CGN), Stichting De Oerakker en Stichting Korensla. Tevens werden uit diverse buitenlandse collecties Zweedse, Duitse en Zwitserse granen gehaald, omdat de Nederlandse varianten uitgestorven werden gewaand. Dit project wordt gefinancierd door de provincie Gelderland en uitgevoerd door het Louis Bolk Instituut in samenwerking met het projectbureau Landbouwe. Tevens werd op deze dag getoond hoe van deze vergeten granen uiterst smakelijke broden en pasta gemaakt konden worden. Conclusie van de dag was: een traditioneel ras kan een betere smaak en een betere eiwitsamenstelling hebben, maar heeft wellicht een mindere opbrengst.
De komende jaren zal uitgezocht worden welke granen of welke graancombinaties (pannenkoekmix) de beste marktkansen hebben. De vijf producenten zullen in samenspraak met de Nationale Ark van de Smaak-commissie van Slow Food Nederland trachten binnen niet al te lange tijd tot een producentensamenwerkingsverband of presidium te komen.
Voor meer informatie: Aart Osman, Louis Bolk Instituut, Driebergen, tel. 0343-523860, E-mail: a.osman@louisbolk.nl
| Website IJsseldal |
maandag 5 juli 2010
Authentieke granen komen weer tot bloei
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten